Het weekend van “Kap, Klomp & Kolder: Het Grote Amateurcircus van Zondag 5C”

Geschreven door Johan Staal op . Geplaatst in Even na praten

                                         bassie

Er zijn weekenden waarop je als verslaggever precies weet wat je kunt verwachten. Een licht miezerige regen over een veld dat eigenlijk beter dienst kan doen als paardenwei. Een grensrechter die een uur te vroeg aanwezig is omdat hij anders thuis moet stofzuigen. Spelers die nog half kauwend aan een broodje bal het veld op sjokken. Kortom: de typische charme van amateurvoetbal op het allerlaagste niveau. Een niveau dat zichzelf vooral niet te serieus moet nemen, alleen ...daar hebben sommige toch een partij moeite mee.





Maar dan heb je van die weekenden waarin de realiteit besluit een bochtje te nemen. Weekenden waarin het ondenkbare gebeurt. Weekenden waarin zelfs de meest doorgewinterde amateurvoetbalvolger even stopt met ademhalen, niet van spanning maar van pure verbazing. En jawel, dit weekend was er weer zo een.

Alsof het gestaakte duel FVV–Alteveer enkele weken geleden nog niet genoeg was, kregen we afgelopen zondag een nieuw hoofdstuk in de tragikomedie die zondag 5C heet: Bellingwolde–Usquert, of zoals sommigen het zagen: El Clásico in kaplaarzen.

Ik loop inmiddels al zeventien jaar rond als verslaggever. Zeventien jaar van regen, wind, hagel en discutabele beslissingen. De keren dat ik een duel definitief gestaakt zag worden, zijn op één hand te tellen. En eerlijk gezegd ben ik daar blij mee. Niet omdat ik bang ben voor een opstootje, die zijn in de vijfde klasse vaak net zo intimiderend als een boze peuter, maar omdat wedstrijden vol gedoe het plezier eruit halen. Je gaat tenslotte niet voor het spektakel, maar voor de kneuterige gezelligheid. Voor het feit dat iemand met rugnummer 10 op de fiets naar het complex komt met zijn sokken nog in de achterzak.

Maar in Bellingwolde ging het mis. En hoe.

Daar kwam de verzorger/teamleider/teamfilosoof van Usquert, multifunctioneel zoals dat hoort op dit niveau, op het geniale idee om een natte spons richting de scheidsrechter te gooien. Een natte spons! Geen stoel, geen flesje, geen scheenbeschermer… Nee, een spons. Het meest onschuldige voorwerp na misschien een badeend. Maar goed, regels zijn regels, en gooien naar de arbiter is nou eenmaal vragen om ellende. Dus maakte de scheidsrechter, vermoedelijk nog druipend, een vroegtijdig einde aan het duel.

En nu mag die bewuste teammanager/teamfilosoof/verzorger waarschijnlijk een paar weken niet op het bankje zitten. Wat op zich geen ramp hoeft te zijn,kan in die periode mooi een antwoord bedenken op de vraag hoe hij ooit dacht dat een spons een waardevolle bijdrage zou leveren aan de emoties in de vijfde klasse. Misschien begint hij zelfs een podcast: “De Dag Dat Ik Met Een Spons Gooide en Andere Levenslessen.”

Het bijzondere is dat deze gestaakte amateurklucht zich afspeelde in zondag 5C, een klasse waarin net zoveel op het spel staat als in een potje Walking Football in Bedum op woensdagochtend. Niemand kan degraderen. Niemand móet promoveren. Niemand moet dat überhaupt willen en de KNVB moet dat verbieden Het enige waar echt naar toegewerkt wordt, is de derde helft, waar bier en gehaktballen het enige is wat er toe doet.

Toch gebeurt er iets geks zodra er in zo’n ‘kap en klomp’-competitie een opstootje is: er duiken meteen mensen op die vinden dat dit heuse regionale voorpagina-nieuws is. Mensen die al tijdens het incident naar de telefoon grijpen en denken: “De krant móét dit weten! Dit is journalistiek goud!” Alsof het Bellingwolde-veld de ArenA is, en de natte spons een van de vele Cobra’s in de ArenA.

Het is aandoenlijk, en vooral hilarisch, hoe sommige supporters een incident in de vijfde klasse direct naar het niveau van Champions League-drama tillen. Je hoort ze al praten: “Het was ongekend! De scheidsrechter werd een SOORT VAN aangevallen!” Terwijl het in werkelijkheid ging om een vochtige spons die waarschijnlijk al sinds de warming-up in dezelfde emmer lag naast een paar verdwaalde bidons.

Je kunt je afvragen: wat bezielt iemand om een regionaal dagblad te bellen over ongeregeldheden in een klasse waar de trainer vooral wordt geselecteerd op zijn vermogen om accordeon te spelen, een gezellig koningsnummer in te zetten en niet vies is van een polonaise? In zondag 5C heb je leiders die “tactiek” verwarren met “wie rijdt er deze week in de auto mee naar Usquert of Bellingwolde?” Het is pure folklore, en folklore heeft nooit voorpaginawaarde.

Maar dat is nou juist het mooie van deze competitie. Het is ongepolijst, onprofessioneel, onhandig, maar bovenal: onverwoestbaar charmant. Hier vind je geen VAR, geen collectief drukzetten, geen spelers die in hun vrije tijd naar een diëtist gaan. Hier vind je vooral tegenstanders met een buikje, keepers die liever visbakken dan duiken, en trainers die meer verstand hebben van boerenkool dan van tactisch plan

En misschien, heel misschien, moeten we het zo laten. Misschien moeten we vooral blijven lachen wanneer iemand denkt dat een incident in zondag 5C wereldnieuws is. Want zolang er nog mensen zijn die de telefoon pakken om een krant te bellen over een natte spons, zolang er nog teamleiders denken dat ze belangrijk zijn , zolang er nog supporters zijn die geloven dat dit allemaal ertoe doet… zolang blijft amateurvoetbal bestaan in zijn mooiste vorm. Met modder, met broodjes bal, met vergissingen, met hilarische opstootjes ,en ja, zelfs met rondvliegende sponzen.